De grens tussen het huidige Westfalen en Gelderland werd in de Burloër Conventie van 1765 opnieuw vastgelegd. Een jaar later werden langs de grens 186 grensstenen van Bentheimer zandsteen geplaatst. Zo ook de wapengrenssteen van 1766 met nummer 177 tussen het Hahnenpatt (D) en de Keupenstraat (NL). Deze enigzins verweerde grenssteen toont het Gelderse leeuwenwapen en het wapen van de vorstbisschop van Münster.

Als men verder gaat langs de Keupenstraat, waarlangs de grens tussen Duitsland (Suderwick) en Nederland (Dinxperlo) loopt, dan vindt men een hele rij van genummerde grensstenen. Lange tijd zijn deze grensstenen aan de rand van het veld onopgemerkt gebleven – ja zelfs verwaarloosd. Ze waren deels omgevallen, stonden scheef of waren in de bodem gezonken. De wapensteen met nummer 177, die in 1766 geplaatst werd, was nog het best bewaard gebleven, maar eveneens dieper in de bodem gezonken. Bij de oorspronkelijke grensstenen uit 1766 zijn in de loop van de tijd nog stenen bijgekomen. Daarbij was deels de nummering veranderd.

In 2015 lukte het de Heimatvereniging Suderwick samen met de Stichting Bewaar ’t Olde Dinxperlo en de Dinxperloër Freek Diersen om een stukje Duits-Nederlands cultuurerfgoed te bewaren en zo het nadenken over de geschiedenis en de zin van grenzen in Europa te stimuleren.

De stenen werden, waar nodig, opgegraven, schoongemaakt en rechtop gezet. Bovendien kregen de grensstenen een soort van „stoepje“, waarbij de typisch Nederlandse klinkers en de Duitse granietstenen werden gebruikt. Zonder de hulp van de gemeente Aalten, de stad Bocholt en het kadaster van de regio Borken was deze aktie niet mogelijk geweest. De weer rechtop geplaatste grensstenen aan de Keupenstraat staan tegenwoordig voor een grenzenloos Europa, waarin de eigenaardigheden en de gebruiken van alle landen vredig naast elkaar kunnen bestaan.